Montage, elektrische aansluiting

Montagetips

Gevaar door een elektrische schok

  1. Neem de veiligheidsregels van de elektrotechniek in acht. Schakel vóór het eraf nemen van de afdekkingen en vóór elektrische installaties alle voedingsstroomkringen uit, schakel de netzekering uit, constateer de spanningsloze toestand, breng een beveilig tegen opnieuw inschakelen aan en breng een waarschuwingsbord zichtbaar aan.
  2. Neem de geldende voorschriften voor elektrische installaties, bijv. EN 50110-1 en EN 60079-14, in Duitsland met name VDE 0100 met de overeenkomstige delen in acht → bij het niet in acht nemen bestaat er gevaar door een elektrische schok, brand of kortsluiting.
  3. Schakel het apparaat pas in als het volledig gemonteerd is. Neem een beschadigd apparaat niet in gebruik. Voorkom een verder gebruik tot na de volledige reparatie.
  4. Sluit het koude-draaduitschakelsysteem uitsluitend conform het schakelschema/bedradingsschema aan. Een vast aangelegde elektrische installatie is voorschrift. Neem de op het typeplaatje vermelde spanning en frequentie in acht.
  5. Voer na afloop van de onderhouds- en reparatiewerkzaamheden een controle van de werking uit.
  6. De op het typeplaatje vermelde beschermingsgraad is uitsluitend gegarandeerd bij een reglementair inbouwen en bij een reglementaire invoer van de aansluitleiding in het huis.
  7. Het deksel van het huis moet volgens de voorschriften zijn aangebracht, zodat de erom liggende afdichting rondom goed op het onderste deel van het huis aansluit.

Montage

  1. Open het huis door de beide sluitschroeven op het deksel los te draaien.
  2. Monteer de beide bijgevoegde kabel- en leidinginvoeren M 20 x 1,5 op de daarvoor bestemde plaatsen op het onderste deel van het huis (afbeelding 1).
  3. Sluit het net en de motor met inachtneming van het aansluitschema (afbeelding 2) aan. Het schema bevindt zich ook op de binnenkant van het deksel van het huis.
  4. Gebruik een gemeenschappelijke mantelleiding voor motorspanning en koude-draadaansluiting.
  5. Het koude-draaduitschakelsysteem mag alleen met gemonteerd deksel en met ingebouwde kabel- en leidinginvoeren worden gebruikt.
  6. Gegevens over de kabelschroefverbindingen en de schroeven op het deksel van het huis: