Werking
Beveiligingsfuncties
Het koude-draaduitschakelsysteem scheidt een aangesloten draaistroommotor van het stroomnet
- bij te hoge temperaturen op de koude-draden die in de motor zijn geplaatst,
- na kortsluiting in de koude-draadkring,
- na draadbreuk in de koude-draadkring,
- na het uitvallen van de voedingsspanning in alle drie de fasen.
Zodra het beveiligingssysteem wordt geactiveerd, gaat het groene controlelampje op de onderkant van het apparaat uit.
Na het wegvallen van alle oorzaken van de storing begint de aangesloten motor niet vanzelf weer te draaien. Een opnieuw inschakelen is alleen handmatig mogelijk (blokkering tegen opnieuw inschakelen).